Samenkomen is een begin; bij elkaar blijven is vooruitgang; samen te werken is succes. (Henry Ford 1863 - 1947)
In verschillende branches blijkt dat beleggers steeds meer met investeringsmaatschappijen proberen een beter rendement te maken. Dit najagen van een ‘beter rendement’ is onder andere het gevolg van de lage rentestand van de laatste jaren, maar ook van de stijging van de vermogensrendementsheffing Een beter rendement zou misschien ook met beleggingen in crowdfunding te behalen zijn. Het gevoel dat crowdfunding leidt tot het verlies van zeggenschap over het eigen geld en te maken heeft met risicovolle investeringen die de grootbanken niet willen financieren, maakt dergelijke beleggingen minder aantrekkelijk. Deelname in een investeringsmaatschappij lijkt dan een passend alternatief.
Inmiddels zijn er een heleboel investeringsmaatschappijen heel actief op zoek naar bedrijven. In de zorgsector, medische wereld, tandheelkunde en veterinaire wereld zijn al veel praktijken en locaties hierdoor overgenomen. Ook in de recreatie-, hotel- en kampeersector duiken inmiddels investeringsmaatschappijen op. Zij zijn actief op overnamepad maar niet tegen iedere prijs. Onze ervaring is namelijk dat door hen niet alleen gekeken wordt naar de rentabiliteit van de onderneming. Net zo belangrijk blijken vaak de kennis, kunde, ervaring en leeftijdsopbouw van de personele bezetting te zijn. Dat goede personeel moet voor de onderneming behouden blijven na de overname. Dat ‘kapitaal’ van de onderneming is de garantie voor de continuïteit en is in een krappe arbeidsmarkt onbetaalbaar.
Bij overnametrajecten door investeringsmaatschappijen wordt vaak ‘geëist’ dat de verkopende ondernemer in persoon nog een aantal jaren bij de onderneming betrokken blijft. De medewerkers die sleutelposities vervullen of het gezicht van de onderneming bepalen, wil men er net zo graag bijhouden. Het is derhalve de overweging waard om die medewerkers te laten deelnemen in het kapitaal van de onderneming en in de winst te laten delen. Onze ervaring is dat veel ondernemers dat lastig vinden. Ze hebben het gevoel dat daardoor heel veel handjes aan het stuur van het bedrijf kunnen trekken en meekijken in de jaarrekening.
Deze bezwaren zijn op te lossen met een besloten vennootschap die als een participatievennootschap voor de werknemers wordt ingericht. Het bestuur daarvan komt toe aan een daarvoor opgerichte stichting. Het stichtingsbestuur wordt bepaald door de eigenlijke ondernemer. Deze stichting treedt op als een zogenaamd administratiekantoor en geeft de werknemerscertificaten uit. Uiteraard kunnen werknemers die certificaten alleen hebben zolang ze in dienst zijn bij het bedrijf. Het kan voordelig zijn om de werknemers dergelijke certificaten ‘gewoon’ te laten kopen. De koopsom kunnen ze betalen met het winstaandeel dat zij als dividend uitgekeerd krijgen. In geval hun belang in de participatievennootschap kleiner is dan 5%, wordt dat belang bij hen aangemerkt als box 3 vermogen. Dat is fiscaal voordelig.
Met zo’n participatievennootschap kan een zelfstandige ondernemer een maatschap aangaan. Indien echter het eigenlijke bedrijf in een besloten vennootschap is ondergebracht, kan aan deze participatievennootschap ook een minderheidsbelang daarin worden gegeven. Op deze manier is het mogelijk een deel van het bedrijfsresultaat aan betrokken werknemers te laten toekomen. Uiteraard dient zo’n structuur zowel juridisch als fiscaal bij de opzet zorgvuldig en gedetailleerd ingericht te worden. Het eindresultaat is een moderne bedrijfsstructuur die aantrekkelijk is voor het binden van werknemers en op termijn wellicht voor een investeringsmaatschappij.