De echte tevredenheid is iets actief zoals de landbouw. Het is de capaciteit alles uit een bepaalde situatie te halen wat er in zit. (Gilbert Keith Chesterton 1874 -1936)

Nadeel van 31% na inbreng van landbouwgrond in een besloten vennootschap

Landbouwvrijstelling en het professioneel gebruikt landbouwgrond

In de Wet op de inkomstenbelasting 2001 is artikel 3.12 de landbouwvrijstelling opgenomen. De landbouwvrijstelling leidt ertoe dat waardeveranderingen  van (onder-)gronden niet tot de winst behoren uit het landbouwbedrijf.  Het gaat dan overigens alleen om de waardeverandering van de grond die is toe te rekenen aan de ontwikkeling van de waarde in het economische verkeer bij voortzetting van de aanwending van de grond in het kader van een landbouwbedrijf, en niet is ontstaan in de uitoefening van het bedrijf.

Belangrijk voor de toepassing van dit artikel is dat onder landbouwbedrijf wordt verstaan een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten van akkerbouw, van weidebouw of van tuinbouw – daaronder begrepen fruitteelt en het kweken van bomen, bloemen, bloembollen en paddestoelen – of op het in het kader van veehouderij fokken, mesten of houden van dieren. Hoewel de tekst van dit artikel duidelijk lijkt, heeft de rechter toch enkele keren moeten uitleggen  dat het om én een professioneel agrarisch bedrijf moet gaan én de vrijstelling alleen geldt voor waardeontwikkelingen van de grond in de jaren dat deze gebruikt werd in de eigen onderneming. Ten aanzien van waardeontwikkelingen die zich voordoen in jaren dat de landbouwgrond door en ander wordt gebruikt, kan de landbouwvrijstelling niet worden toegepast. Op dit laatste puntje kan wellicht nog een uitzondering worden gemaakt in geval de derde de grond bewerkt of gebruikt op zo’n manier dat dit vanuit landbouw-technisch oogpunt aansluit bij de bedrijfsvoering van het eigen landbouwbedrijf.

Een besloten vennootschap (bv) met landbouwgrond

Bedrijfsresultaten van bv’s worden in de vennootschapsbelasting betrokken. In geval door een bv bij de overdracht van landbouwgrond een positief resultaat wordt behaald, geldt ook daarvoor het hiervoor beschreven artikel 3.12 van de Wet op de inkomstenbelasting. Dit volgt uit artikel 8 Wet op de vennootschapsbelasting 1969 want met deze zogenaamde schakelbepaling heeft de landbouwvrijstelling van de inkomstenbelasting ook gelding in de vennootschapsbelasting.

Hoewel een van de uitgangspunten van de vennootschapsbelasting is dat een bv met haar gehele vermogen de onderneming drijft, tast dit beginsel niet de eis van de landbouwvrijstelling aan dat deze alleen geldt voor de waardevermeerderingen van de landbouwgrond die zijn opgetreden in de jaren dat de grond praktisch voor het eigen bedrijf werd gebruikt. Indien de waardestijging optreedt in een periode waarin de bv de grond heeft verpacht dan mag voor dat deel van de waardevermeerdering de landbouwvrijstelling niet worden toegepast. Voor zover is er een duidelijk parallel te trekken met de behandeling van de winst op landbouwgrond zoals deze in de inkomstenbelasting geldt.

31% inkomstenbelasting, de box 2-heffing en de landbouwvrijstelling

Met ingang van 1 januari 2024 wordt de inkomstenbelastingheffing van box 2, de aanmerkelijk belangheffing, aangepast. Vanaf die datum worden voor de berekening van deze heffing twee schijven ingevoerd. De eerste schijf met een tarief van 24,5% kent een maximumbedrag van € 67.000,- per belastingplichtige. Zodra een aanmerkelijk belangwinst of een aan een natuurlijke persoon uitgekeerd dividend in het kalenderjaar dit bedrag van € 67.000,- te boven gaat, is er over dat meerdere 31% inkomstenbelasting verschuldigd. Indien een bv dus winst op landbouwgrond behaalt, is daarop de landbouwvrijstelling van toepassing. Echter voor tenminste 24,5% en dus wellicht zelfs voor 31% wordt deze vrijstelling teniet gedaan als die winst als dividend of als aanmerkelijk-belang-winst aan de natuurlijk persoon/aandeelhouder toekomt. Vanwege deze aanpassing van box 2-tarieven moeten al die agrarische ondernemers met bedrijven met veel eigen grond wellicht zich twee keer bedenken voordat zij hun bedrijf in een bv inbrengen. Er zijn immers andere mogelijkheden denkbaar, waardoor wellicht het voordeel van de landbouwvrijstelling niet gedeeltelijk teniet gaat door belastingheffing!

 

 

 

Bekijk alle artikelen van Huisvennen Advies B.V.

mr. Franc Beekmans

21-03-2023

Agrarische vraagstukken Maatschap, vof- & bv-structuren Vastgoedvraagstukken & onteigening

De laatste blogs via de mail ontvangen? Schrijf u hieronder in.