Laten we nooit onderhandelen omdat we bang zijn. Maar laten we nooit bang zijn om te onderhandelen. (John F. Kennedy 1917 -1963)

Belastingvoordeel door afwaardering landbouwgrond en SKNL-subsidie ingeperkt

Voor het geschikt maken van landbouwgrond voor (agrarisch) natuurbeheer of voor de verhoging van de kwaliteit van natuurgebieden, kan de subsidie Kwaliteitsimpuls natuur en landschap (SKNL) aangevraagd worden. Voor deze investeringsmaatregelen en functieveranderingen kan gebruik worden gemaakt van de SKNL. Hierbij diende de fiscaal juridische vraag zich aan welke voordelen dit heeft. Mag de volledige waardevermindering van de onderhavige landbouwgrond naar lagere bedrijfswaarde als verlies worden aangemerkt en is daarnaast de SKNL volledig vrijgesteld voor de belastingheffing. De beantwoording van deze vraag kwam in het arrest van de Hoge Raad van 19 februari aan de orde.

In deze onderhavige kwestie was de waarde van de in het agrarisch bedrijf in gebruik zijnde gronden als natuurgrond getaxeerd. Op grond van die taxatie was de boekwaarde van de landbouwgronden van € 532.499,– met € 401.949,– afgewaardeerd naar € 130.550,–. Er was aldus de belastingplichtigen sprake van een afwaardering naar de zogenaamde lagere bedrijfswaarde. Die afwaardering wilden zij bij het verrekenbare verlies voor de inkomstenbelasting meenemen. De inspecteur stelde echter bij de definitieve aanslag inkomstenbelasting het verrekenbare verlies op een veel lager bedrag vast. De daartegen gerichte bezwaarschriften werden ongegrond verklaard. De inspecteur en de belastingplichtigen die hun agrarisch bedrijf in maatschapsverband, exploiteerden, hadden geen discussie over de landbouwvrijstelling van artikel 3.12 van de Wet inkomstenbelasting 2001. Deze had geen toepassing op de waardedaling van de gronden omdat deze niet onttrokken werden aan het ondernemingsvermogen.

De discussie spitste zich toe op de onderhavige SKNL-subsidie van € 473.450,–. Deze subsidie was vrijgesteld op grond van artikel 3.13, eerste lid, onderdeel g, van de Wet inkomstenbelasting 2001, in verbinding met artikel 6, eerste lid, onderdeel g van het Uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting 2001.

Volgens de Belastingdienst was er in de onderhavige situatie sprake van dubbele aftrek. Enerzijds wordt de waardedaling geheel ten laste van de fiscale winst gebracht. Anderzijds blijft de toegekende SKNL-subsidie geheel onbelast. Volgens de Belastingdienst kan dit niet de bedoeling zijn en dient de fiscaal juiste verwerking te zijn dat de waardedaling van de landbouwgrond en de SKNL-subsidie met elkaar verrekend worden. De Belastingdienst stelde zich op het standpunt dat de waardedaling van de gronden in mindering gebracht moest worden op de SKNL-subsidie. Dan zou alleen het saldo als objectieve vrijstelling onbelast blijven. De rechtbank wees dit standpunt van de Belastingdienst af, maar het gerechtshof volgde de Belastingdienst. Er werd cassatie bij de Hoge Raad ingesteld tegen de uitspraak van het gerechtshof.

De belangrijkste overweging in het arrest van de Hoge Raad van 19 februari jongstleden met betrekking tot de SKNL was de volgende. Volgens de Hoge Raad wordt volgens  de artikelen 16, 19 en 20 van de Subsidieverordening de SKNL toegekend aan de eigenaren van de grond, wordt zij vastgesteld naar de maatstaf van de waardevermindering die optreedt door de verandering van de functie van de grond van landbouwgrond in natuurterrein en is aan de subsidie de voorwaarde verbonden dat de verplichting om de grond niet te gebruiken als landbouwgrond moet overgaan op latere verkrijgers. De subsidie is naar zijn aard dus een objectsubsidie. Deze subsidie moet daarom worden afgeboekt op de boekwaarde van de desbetreffende grond, maar niet verder dan tot de waarde van de grond na functieverandering. Indien de subsidie het bedrag van deze afboeking overstijgt, brengt dat een bij de winstberekening in aanmerking te nemen voordeel mee dat is vrijgesteld op grond van artikel 3.13, lid 1, aanhef en letter g, Wet IB 2001 in samenhang gelezen met artikel 6, lid 1, aanhef en letter g, van de Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001.

De Hoge Raad besteedde geen aandacht aan het gegeven dat de SKNL eerst ter beschikking wordt gesteld als een annuïtaire lening. Deze wordt gedurende een aantal jaren kwijtgescholden. Evenmin is door de Hoge Raad aandacht gegeven aan het inkomensverlies dat optreedt als gevolg van de functieverandering. Dit arrest maakt mede om die reden het gebruik van de SKNL minder aantrekkelijk bijgevolg dat de natuur de uiteindelijk benadeelde is.

Bekijk alle artikelen van Huisvennen Advies B.V.

mr. Franc Beekmans

23-03-2021

Agrarische vraagstukken Vastgoedvraagstukken & onteigening

De laatste blogs via de mail ontvangen? Schrijf u hieronder in.